Heuvelrug

Zakelijk en bestuurlijk Heuvelrug bellen elkaar weer

Het boterde de afgelopen jaren niet zo, tussen ondernemend en bestuurlijk Heuvelrug. Een jaar later is de toon heel anders. 'Bel Joke.'

Rigide. Dichtgetimmerd. Zo kenschetste ondernemerskoepel Zakelijk Heuvelrug vorig jaar de gemeente Utrechtse heuvelrug. Aanleiding was een rapport van MKB-Nederland waarin Heuvelrug op een zesentwintgste en allerlaatste plaats op de ranglijst van de provincie Utrecht eindigde. Zakelijk Heuvelrug trok aan de bel, zocht de media en sprak de gemeenteraad toe: 'De bestuurscultuur is gesloten en verkrampt. Er heerst een zelfgenoegzame cultuur, men denkt alleen van binnen naar buiten. Die cultuur heeft te maken met de ziel van de organisatie. Met gedrag, met teamgeest, met: kom, we nemen werk van elkaar over.' 

Harde woorden, maar die waren even nodig, zegt Paul Brackel, bestuurslid van Zakelijk Heuvelrug, en in een vorig leven manager bij Unilever. De boodschap verpakt in die harde woorden is in elk geval aangekomen: de houding van de gemeente is in korte tijd ingrijpend veranderd. 'Ik kan consateren dat er mentaal een draai is gemaakt. Waarschijnlijk ook bij de ambtenaren,' aldus Brackel afgelopen maandag, in een kamer vol  ondernemers, collegeleden, pers en een enkel raadslid. Want dat de relaties inmiddels goed zijn, dat moet ook iedereen weten.

Keerpunt voor de vers herstelde relatie was een bezoek aan de nummer een van de MKB-lijst: de gemeente Bunschoten-Spakenburg, vorig voorjaar. Op een vrijdagmiddag reed een bus vol ondernemers, raadsleden, wethouders en ambtenaren naar Bunschoten, om af te kijken hoe het wel moest. 'Het willen helpen van ondernemers spatte er vanaf,' zegt Brackel. Niet alleen de vele goede voorbeelden, ook de reis zelf droeg bij aan het begrip, zegt Gerard Weck van de regionale Kamer van Koophandel, die alles organiseerde: 'Men kwam dichter bij elkaar, ook letterlijk, in die bus. Toen al ontstond er bij ondernemers meer begrip, waarom dingen soms lang kunnen duren.'

Stroperigheid, dat was misschien wel de grootste grief van de ondernemers, die voor alles en nog wat een vergunning moeten aanvragen.  Daar wordt aan gewerkt, zegt verantwoordleijk wethouder Verhoef, bijvoorbeeld met het maken van flexibele bestemmingsplannnen. 'Dan gaat het om de precieze goothoogte van gebouwen,waarin je naar flexibiliteit zoekt. Of om de kapper, wiens pand alleen de bestemming kapper heeft, zodat hij zijn pand nooit kan verkopen aan een bakker, ' aldus Verhoef.   Brackel: ' Terwijl die kapper zijn hele pensioen misschien wel in dat pand heeft zitten.' Verhoef: 'Terwijl het ons alleen gaat om de invloed die de bedrijfsvoering heeft op milieu en omgeving.'

Recreatieparken, voegt wethouder Homan toe, nog zo'n voorbeeld. 'Bestaande bestemmingsplannen in onze gemeente laten niet toe dat oude stacaravans worden verwisseld voor luxueuzere vakantiebungalows, terwijl de hele wereld dat eigenlijk wel wil. Daar proberen we iets aan te doen, door samen met andere gemeenten nieuw beleid te maken.´ Voorwaarde is wel, zegt Homan,  dat de ondernemers over de brug komen. ´Sterker nog, we zetten hen zelfs aan het stuur. Maar daar moeten zij dus wel iets voor leveren.'  

VVD-raadslid Baerte de Brey kent nog een voorbeeld: 'Je ziet veel samenwerking tussen sportclubs en bso's. Wat is er handiger als zich daar ook een traiteur kan vestigen, zodat ouders die hun kind komen halen meteen een hapklare maaltijd kunnen kopen? Als bestuurders moet je daarin meedenken,´ vindt De Brey, die van ondernemers wel te horen heeft gekregen dat raadsleden zich minder met details moeten bemoeien. ´Misschien moeten wij als raadsleden minder meebesturen, en meer meelopen. Daarom probeer ik maandelijks de open coffee-bijeenkomsten van Zakelijk Heuvelrug te bezoeken. Om te praten en te meten: wat is de temperatuur in de gemeente?' 

Maar komen ondernemers nu niet weer iets te dicht bij het bestuur te zitten, wellicht ten koste van andere maatschappelijke groepen? Daarvoor hoeft niemand bang te zijn, zegt wethouder Homan: 'Je moet alle relevante maatschappelijke groeperingen in vroeg stadium betrekken. Dat doen wij ook.´ Het plan voor de reconstructie van de Driebergse Hoofdstraat wordt daarvoor een pilot, zegt Homan. ´Als het over het winkelgebied gaat, dan praten we daarvoor met ondernemers. Maar net zo goed met omwonenden, en met andere betrokkenen. Er mag geen overheersende mening zijn.'  

Gerard Weck is blij dat de relatie tussen ondernemers en bestuurders is hersteld, maar waarschuwt dat de banden nog best broos zijn: ' Dit is een eerste stap, we moeten door blijven lopen.' Ondernemersvoorman Brackel heeft er in elk geval zin in: 'Zie het als een reis naar Rome. We zijn pas in Brussel'. Wethouder Homan benadrukt dat een gemeente open moet blijven staan voor kritiek: ' Het is natuurlijk niet zomaar voorbij, maar de gemeente schiet niet langer meteen in de verdediging. Incidenten kunnen je zelfs heel goed helpen dit soort processen verder te finetunen.'  

De twee partijen hebben intussen wel afgesproken elkaar niet meer zomaar publiekelijk op de korrel te nemen. Liever maken de partners voortaan gebruik van de diverse hotlines. Zo heeft Brackel het telefoonnumnmer van burgemeester Naafs, en wordt er nu en dan bilateraal gebeld. Toch helpt dat niet altijd. Onlangs herschreef de gemeente de Algemeen Plaatselijke Verordening, zonder de ondernemers daar voldoende bij te betrekken, vertelt Brackel: ´Toen heb ik toch weer wat lawaai moeten maken, via discussieforums als Linkedin. Dat werkte, ik werd meteen gebeld dat de APV van de agenda werd gehaald en met onze inbreng zal worden herschreven.´

Een top tien notering in de MKB-ranglijst is in elk geval de collectieve ambitie van bestuurders en ondernemers. Hoe het daarmee staat is onduidelijk, pas halverwege 2013 komt MKB-Nederland met een nieuwe ranglijst. Duidelijk is wel dat mocht het lukken, veel dank is verschuldigd aan een enkele ambtenaar in de gemeentelijke organisatie: de Bedrijfs Contact Functionaris. Die BCF kreeg afgelopen najaar de uren alvast verdubbeld: van 18 naar 36 uur. In de persoon van Joke van Grootveld heeft de gemeente daar bovendien een zeer geschikte invulling voor gevonden. Van Grootveld: ' Het is wel goed als jullie dat op willen schrijven. Dat als ondernemers een probleem hebben, ze mij moeten bellen. Bel Joke.´