Heuvelrug

Recreatieschap verder in het nauw

De dagen van het recreatieschap Utrechtse heuvelrug, Vallei en Kromme Rijngebied lijken nu echt geteld. Acht van de twaalf partijen willen er van af, maar zullen hun verplichtingen wel moeten afkopen.

Dat meldt raadslid Hylda van Amstel, die namens gemeente Utrechtse heuvelrug in het recreatieschap zit. Acht van de twaalf partijen willen er van af, alleen de gemeenten Renswoude, Woudenberg, Rhenen en Utrechtse heuvelrug willen het schap nog voortzetten. Het recreatieschap is een zogenaamde ‘gemeenschappelijke regeling’, in dit geval om de regionale recreatieterreinen zoals het Doornse gat, Kwintelooijen en Henschotermeer,  en veel wandel- en fietspaden samen te ontwikkelen, beheren en onderhouden.

gravenbol

Veel gemeenten -geconfronteerd met tekorten op hun begrotingen- vinden het recreatieschap te duur worden. Niet onverwacht zijn dat juist gemeenten die zelf geen recreatieterreinen op hun grondgebied hebben, zegt secretaris Loek Welter van het recreatieschap. ‘Het hemd is hen kennelijk nader dan de rok. Het lijkt me geen verstandige beslissing. Het Henschotermeer krijgt bezoekers uit alle windstreken, dat kun je toch niet alleen afschuiven op de gemeenten Woudenberg en Utrechtse heuvelrug. En ook al die honderden kilometers aan wandel-, fiets-, ruiter- en kanoroutes. Dat zijn prestaties die je alleen met elkaar kunt leveren.’

Het recreatieschap is de liquidatie wel al aan het voorbereiden door de gevolgen in kaart te brengen, zegt Welter. ‘Er zijn nogal wat contracten. Niet alleen die met het personeel, ook met de terreineigenaren. Met landgoed Den Treek hebben we bijvoorbeeld een contract over het Henschotermeer tot 2026. in geval van opheffing moet er een rechtsopvolger komen die die verplichtingen overneemt.’

Het recreatieschap heeft een begroting van €1.8 miljoen, waaraan gemeenten gemiddeld €1,80 per inwoner bijdragen. Veertig procent van de begroting wordt betaald door de provincie Utrecht, maar die dreigt nu ook te vertrekken, aldus Welter: ‘De provincie zegt: als de gemeenten niet meer willen, dan trekken we ook onze handen er van af.’

dancefeest4

Ook wethouder Verhoef van de Utrechtse heuvelrug betreurt de naderende opheffing van het recreatieschap. ‘We hadden graag gewild dat deze bovengemeeentelijk solidariteit blijft, maar het heeft geen zin ons tot het einde te blijven verzetten.’  De elf gemeenten en de provincie moeten volgens Verhoef wel ‘met elkaar tot een fatsoenlijke liquidatie’ komen.

Een nieuw mini-recreatieschapje als rechtsopvolger is een mogelijkheid, maar een verdeling van de boedel tussen provincie en individuele gemeenten ligt meer voor de hand, denkt Verhoef, die het niet waardeert dat sommige gemeenten hun bijdrage aan het recreatieschap in meerjarenbegrotingen al tot nul hebben teruggebracht: ‘Dat kan niet zomaar. We zijn met elkaar verplichtingen aangegaan.’

De onderhandelingen over de opheffing lijken zo uit te draaien op financiele besprekingen. Eerder stapte de gemeente Utrecht al uit het recreatieschap, ook met een forse afkoopsom.

Het schap doet intussen pogingen te bezuinigen, door recreatieterreinen af te stoten. In het geval van het Doornse gat leverde dat teveel verzet op, maar vorig jaar is wel de Wijkse zwemplas Gravenbol ondergebracht bij een groep vrijwilligers uit Wijk en de Heuvelrug. Anderzijds is met een dancefeest bij het Henschotermeer geprobeerd de inkosten te vergroten. Het feest leverde €13.000 op, maar ook zoveel klachten over geluidsoverlast dat een tweede festival – de Henschotermeerdagen- op het laatste moment werd afgelast.

Opheffing dreigt overigens alleen voor het recreatieschap Utrechtse heuvelrug, Vallei en Kromme Rijngebied. De drie deelschappen Stichtse Groenlanden, Vinkeveense plassen en het Plassenschap Loosdrecht en omstreken worden volgens secretaris Welter niet bedreigd met opheffing.