Politiek

Wethouder is een vak!

Wethouder is een vak!
Discussiestuk tbv bijeenkomst 24 april 2014 gemeente Utrechtse Heuvelrug
De functie van wethouder is complex. Gezien de diversiteit in het takenpakket en de vele
verschillende `spelers' die voortdurend in interactie staan met de wethouder (denk bijvoorbeeld aan
de raad, het college en het ambtelijk apparaat) wordt een groot beroep gedaan op zijn/haar
competenties. Hoe vaardig moet een wethouder zijn om in een dergelijk bestuurlijk en politiek
krachtenveld te kunnen functioneren?
De functie van de wethouder
Het tegenwoordige wethouderschap is een ambt, waarvoor professionele vaardigheden nodig zijn.
Om zich te kunnen bewegen in de gemeentelijke politiek worden naast het voldoen aan
management- en vakinhoudelijke voorwaarden, ook onderhandelingsvaardigheden en politiek inzicht
van de wethouder gevraagd. Een oorzaak hiervoor is de diversiteit van het takenpakket van de
wethouder. Het gaat bijvoorbeeld om de volgende taken:
• Collegiaal besturen
• Informatie verstrekken
• Verantwoording afleggen
• Samenwerken met ambtelijke apparaat
• Samenwerken met de gemeenteraad
• Beleid ontwikkelen en uitvoeren
• Bestuurlijke samenwerking in de regio
De kerntaken komen terug in de vier speelvelden: het politieke, het bestuurlijke, het ambtelijke en
het publieke speelveld. De wethouder moet voortdurend en gelijktijdig kunnen 'schaken' op deze
vier speelvelden. Dat vereist verschillende vormen van communicatie,vaardigheden en loyaliteiten,
en bovendien het vermogen tot schakelen in gedrag. De wethouder bevindt zich daarom dagelijks in
een bestuurlijk en politiek krachtenveld. Dat vereist verschillende competenties waarover de
wethouder dient te beschikken.
De competenties van de wethouder
Uit het takenpakket dat bij de functie van wethouder hoort, zijn de competenties ofwel vermogens
afgeleid waarover de wethouder moet beschikken om zijn functie goed uit te kunnen voeren. Hieruit
volgt logischerwijs dat het competentieprofiel van de functie van wethouder aangeeft over welke
competenties de wethouder zou moeten beschikken:
• Sensitiviteit.
• Communicatieve vaardigheden.
• Samenwerken.
• Resultaatgerichtheid.
• Leiderschap
• Betrokkenheid.
Sensitiviteit
Het vermogen om mensen, de sociale omgeving en intermenselijke processen en de eigen invloed
hierop aan te voelen en daar bewust mee om te gaan.
Communicatieve vaardigheden
Het vermogen om zich in verschillende situaties en op alle niveaus op een begrijpelijke manier uit te
drukken, zodat anderen de boodschap verstaan en overtuigd worden.
Samenwerken
Het vermogen om op actieve wijze ondersteuning te geven en te vragen, en bij te dragen aan het
bereiken van gezamenlijke doelen.
Resultaatgerichtheid
Het vermogen om zich in te zetten voor beoogde doelen en deze te realiseren
Leiderschap
Het vermogen om op grond van visie, richting en sturing te geven aan een groep en individuen, en
het tot stand brengen en handhaven van een samenwerkingsverband met hen.
Betrokkenheid
Het vermogen om zich verbonden te voelen en te tonen met de functie en de organisatie.
Onderhandelen
Het vermogen om zich in situaties van onderhandelen waarbij het er op aan komt om te geven en te
nemen een bijdrage te kunnen leveren tot het behalen van het meest optimale resultaat
Het competentieprofiel van de wethouder is een ideaalbeeld; het is per slot van rekening afgeleid
van het volledige takenpakket. Het beschrijft per definitie de wethouder die elke competentie in
volledige mate beheerst. Het spreekwoordelijke `schaap met de vijf poten' dus. In de praktijk is het
echter zo dat deze wethouder bepaald niet bestaat. Het competentieprofiel is dan ook meer een
streven of ideaalbeeld.
De volgende aandachtspunten zijn van belang bij het gebruik van het competentieprofiel:
• Er is slechts een kleine kans op een wethouder die over alle competenties in het profiel
beschikt. Het competentieprofiel is per definitie een ideaalbeeld. Dat betekent dat de
wethouder die over alle competenties beschikt, waarschijnlijk niet bestaat.
• Omdat de ideale wethouder niet bestaat, kunnen de wethouders elkaar binnen het college
elkaar in competenties (en dus in sterke en zwakke punten) aanvullen.
• Binnen het nieuwe college dienen er afspraken gemaakt te worden over: team-building,
competentieanalyse, opsporen van blinde vlekken binnen het college en dergelijke. Als dit
zichtbaar is kan er ook aan gewerkt worden.
De competenties in het profiel hebben een willekeurige volgorde. Er is geen rangorde aangebracht in
de competenties in die zin dat de eerstgenoemde competentie belangrijker zou zijn dan de laatste.
Alle competenties zijn even belangrijk.