Heuvelrug

NP Heuvelrug wil duizend parkpassen verkopen

Om de Nationaal Parken van Nederland overeind te houden moet iedereen meehelpen. Daarom lanceert NP Utrechtse Heuvelrug een parkpas, voor parkfans en calculerende burgers. Dit jaar moeten er duizend pashouders bij. Bij succes volgen andere Nationale Parken.

‘Je hebt ‘m er zo uit,’ zegt Maaike van Lidth de Jeude, de architect van de pas. De pas kost €25, en geeft twee personen 10% korting. ‘Dus als u hier koffie komt drinken, zit u gebeiteld,’ grapte voorzitter Dick Wijte van Nationaal Park Utrechtse Heuvelrug tegen Commissaris der Koning Van Beek, die gisteren de eerste pas in ontvangst mocht nemen.

Om de pas terug te verdienen zou je honderd kopjes koffie kunnen drinken. Maar je kunt de pas ook mee uit eten nemen, zegt Van Lidth, die vanzelfsprekend alle –nu dertig– deelnemende bedrijven bezocht, dus weet waar ze het over heeft. ‘Bijvoorbeeld in de Eetstee, in Amersfoort. Heerlijk!’ Of je gaat ermee overnachten, neemt een taxi of snuift cultuur, bijvoorbeeld in het Austerlitzse Beauforthuis. Allemaal met 10% voordeel.

De deelnemende bedrijven vinden het ook fijn de korting te geven, laten de aanwezige horecadirecteuren weten. De kortingen die ze aan agenten als booking-com moeten betalen zijn vaak vele malen hoger, zegt een bedrijfsleider, die bij die uitspraak liever niet zijn naam ziet staan. Bovendien komen de opbrengsten van de parkpas hun bedrijven indirect ten goede, zegt ook Yvette Boellaard van Tuyl, van Bergse Bossen. ‘Het is in ons belang dat het hier mooi blijft, dus doe ik mee. En wellicht krijg ik meer gasten, als mensen zien dat ik meedoe.’ 

Het vergt nog wat marketing en reclame, maar Van Lidth mikt dit jaar al op duizend pashouders. Daarmee zou de parkpas €25.000 voor het Nationaal Park Utrechtse Heuvelrug verdienen, want daar gaan de opbrengsten heen. En liever niet naar het alledaagse onderhoud, liever naar speciale projecten, zegt Van Lidth: ‘Een observatiehut hebben we nog niet op de Heuvelrug, terwijl wild kijken een van de sterkst groeiende activiteiten is. Zou mooi zijn als we er ook een krijgen.’

‘Het is een prachtig bijverdienmodel,’ zegt Kees Lever, programmadirecteur van die Nationale Parken. Want bijverdienen moeten de Parken, sinds staatsecretaris Bleker fors in alle natuursubsidies sneed. Het piepjonge Nationaal Park Utrechtse Heuvelrug -opgericht pas in 2004- moest in 2013 de vaste subsidiestroom van rond de €200.000 inleveren. Er kwamen projectsubsidies voor terug en de provincie bleef een klein secretariaat ondersteunen, maar de bakens verzetten is tegenwoordig het devies voor alle Nationaal Parken.

Zo kondigde de provincie Drente vorig jaar aan helemaal te willen stoppen met het betalen van de parken. De gemeenten Steenwijkerland (Weerribben) en Rijssen-Holten (Sallandse Heuvelrug) kregen nog wel een flinke bruidschat mee, maar moesten hun parken voortaan maar zelf beheren, samen met ondernemers die er hun markt vinden. Laatstgenoemd park besloot nog vorige maand bezoekers aan grotere ‘evenementen’ voortaan  een bijdrage van anderhalve euro te vragen.

Zo’n vaart loopt het op de Utrechtse heuvelrug nog niet, al betalen ook hier bepaalde gebruikers al mee aan het onderhoud van het park. Net als ruiters -voor de rulle ruiterpaarden betalen ze bijvoorbeeld op landgoed Den Treek €100 per jaar- moeten ook de mtb’ers tegenwoordig een vignet kopen, a €7,50. Met de opbrengsten worden de nieuwe paden aangelegd en bestaande paden verbeterd.

Het vignet is een groot succes. Niet omdat het park binnenloopt -het vignet is nog niet wijd en zijd bekend, daarom wordt er nog niet gecontroleerd- slechts een op de drie fietsers koopt een vignet. Wel omdat een groot deel van de lokale mtb’ers zich heeft verenigd op een drukbezochte facebookpagina, en een flink deel van hen regelmatig met schop en pikhouweel de bossen in trekt om kapotgefietste trajecten te repareren.

Zulke betrokkenheid zou ook de oogst kunnen zijn van de nieuwe pas, die verder het nog steeds opvallend onbekende park bekendheid moet geven. Want branding, zegt Kees Lever van EZ, daar moeten de Nationale Parken naar toe, en zo hun inkomsten genereren. Het Nationaal Park is een A-merk, beaamt Van Lidth, die -mocht de Heuvelrugse pilot slagen- met steun van het Prins Bernardfonds de pas ook gaat uitrollen in andere Nationaal Parken. ‘Maar geen enkel verdienmodel is het gouden ei. Het is daarom belangrijk dat de Rijksoverheid en provincies de natuursubsidies laten bestaan.’


Hier koop je de Nationaal parkpas

 

Lees ook:
Andere Heuvelrug betaalt NP-status voortaan zelf
Nieuwe routes en vignet voor MTB’ers Heuvelrug