ColumnsGratisHeuvelrug

In memoriam: Cees

Gisteravond overleed Cees van den Broek, oprichter en drijvende kracht van de Driebergse Eurowinkel. Hoeder van vele vluchtelingen. Droefheid dreef me tot een zo eerlijk mogelijke persoonlijke herinnering aan deze bijzondere zakenman.

door Anthon Keuchenius

Vorige week kruisten onze wegen zich nog, die van Cees en mij. Dat was op de Sterkenburgerlaan, vlak voor het bruggetje. Cees in zijn stille hybride en ik op mijn fietsje. Allebei op weg naar onze lunch.

‘Wat sta je nou weer te spioneren,’ schertste Cees eerst, om vervolgens te delen dat hij al zo lang maar niks hoorde van de mensen van de gemeente. Cees maakte zich zorgen om berichten als zou de gemeente op het punt staan het pand te verkopen waar zijn Eurowinkel onderdak vindt. Hij deed mails en telefoontjes de deur uit, er kwam niks terug. ‘Als we nu weer moeten verhuizen stop ik ermee. Dan trek ik me terug op mijn berg in Andalusië.’

Cees roerde zich wel vaker. Meestal werkte dat. Niet altijd. Zo mocht ik vorig jaar mee in de zwarte bolide van Cees, naar de Intratuinen in Duiven en Elst. De eigenaar had zijn zinnen gezet op een nieuwe Intratuin, op te richten naast de A12 in Driebergen. Met de Eurowinkel samen zou dat een prachtproject worden, met veel banen en massa’s social return. Daar mocht ik een mooi stukje over schrijven.

Dat deed ik niet, wel noemde ik het project veel later in een beschouwend stukje over de verkoop van het perceel waar Intratuin op aasde, maar dat uiteindelijk naar de Triodosbank ging. ‘Neem ik je helemaal mee, schrijf je zo’n kutstuk,’ bromde Cees daags erna. Om me vervolgens mee te nemen in het volgende plan. Plannen zat.

Op de terugweg uit Duiven vroeg ik Cees hoe het allemaal zo gekomen was. Van dat gesprek herinner ik me een jeugd in Alphen aan de Rijn, een sportieve carrière in het Nederlands waterpoloteam en een succesvolle loopbaan als zakenman, in een niche van de staalbranche. Totdat Cees de boel verkocht, ging reizen en vond wat hij zocht: mensen helpen.

Waarna hij rond de eeuwwisseling neerstreek op de Heuvelrug, om hier gelande vluchtelingen op gang te helpen. Eerst als vrijwilliger bij het Leersumse AZC, daarna als gemeenteambtenaar,  vervolgens weer als halve zakenman, met de oprichting van de Eurowinkel. Waar in alle zijkamertjes, bovenverdiepingen en achtergangen clubjes huizen waarvan ik de namen vergeet, maar die weer andere mensen vooruit en bij elkaar helpen. Overal klinkt fijne muziek en in de gangen hing Cees gewoon lekker zijn eigen schilderijen op.

Cees -ook nog polyglot en levensgenieter- had nog veel plannen, met Eurowinkels en mensen. Of met uitstapjes naar zijn eigen berg in Andalusië, om er lekker rond het zwembad te lezen en te hangen en ’s avonds op zijn cajón mee te klappen met de plaatselijke flamencoartiesten. En dan ver na middernacht mensen via twitter op domme vooroordelen rond vluchtelingen te wijzen.

Het mag helaas niet zo zijn.

We zullen hem allemaal heel erg missen. Als mens, maar ook -vooral in deze tijden- als drijvende kracht. Het lijkt me tenminste sterk dat er nog zo iemand als Cees bestaat. Maar je weet het nooit. Misschien kan die iemand zich laten inspireren door de zin die Cees zelf in zijn linkedin schreef: ‘Omdat hulpverlening wel heel erg goed voelde na een harde zakelijke carrière.’